Difference between revisions of "Drietakkig donswier"

From Coastal Wiki
Jump to: navigation, search
(<span style="color:#00787A">Eerste waarneming in België</span>: +ref)
(<span style="color:#00787A">Verspreiding in België</span>: +ref +ref +ref +ref)
Line 46: Line 46:
 
===<span style="color:#00787A">Verspreiding in België</span>===
 
===<span style="color:#00787A">Verspreiding in België</span>===
  
TEKST
+
Het drietakkig donswier wordt in België vaak verward met een ander roodwier, Antithamnionella spirographidis. Deze twee roodwieren zijn zo op elkaar gelijkend dat wetenschappers niet helemaal zeker zijn of het effectief om twee verschillende soorten gaat. Omdat dergelijke roodwieren op basis van morfologische eigenschappen heel moeilijk te onderscheiden zijn, is verder onderzoek noodzakelijk om uit te maken hoeveel soorten werkelijk langs onze kust voorkomen <ref name="olivier">Persoonlijke mededeling door Olivier De Clerck op 15/07/2011</ref> (Olivier De Clerck persoonlijke communicatie).
 +
 
 +
Beide roodwieren komen voor in het Verbindingsdok en het Boudewijnkanaal <ref name="manu">Persoonlijke mededeling door Emanuel Dumoulin op 15/07/2011</ref> (Manu Dumoulin persoonlijke communicatie) van de Zeebrugse achterhaven, alsook op de pontons in de jachthaven van Zeebrugge <ref name="deblauwe">De Blauwe, H.; Dumoulin, E. (2009). De zeefauna en -flora uit de jachthaven van Zeebrugge, in het bijzonder de fouling-organismen van drijvende pontons De Strandvlo 29(2): 41-63, [http://www.vliz.be/imis/imis.php?module=ref&refid=139489 details]</ref> (De Blauwe & Dumolin 2009). In de Spuikom van Oostende zouden enkele exemplaren groeien op het violet buiswier Neosiphonia harveyi <ref name="heytens"> </ref> (Heytens et al. 2007), een andere niet-inheemse soort.
 +
 
 +
 
  
 
<P>
 
<P>
 
<BR>
 
<BR>
 
<P>
 
<P>
 +
 
===<span style="color:#00787A">Verspreiding in onze buurlanden</span>===
 
===<span style="color:#00787A">Verspreiding in onze buurlanden</span>===
  

Revision as of 11:36, 22 August 2011

Category:Revision


Drietakkig donswier

Het oorsprongsgebied van het drietakkig donswier Antithamnionella ternifolia is eerder onduidelijk, hoewel er vermoedens zijn dat dit roodwier afkomstig is uit de zuidelijke hemisfeer. Dit niet-inheemse roodwier zou in Europese wateren terechtgekomen zijn – en er zich verder verspreid hebben – door zich vast te hechten op scheepsrompen en touwen. Het drietakkig donswier werd in 1970 voor de eerste keer waargenomen in België in de Oostendse Spuikom. De soort groeit op vrijwel elk type hard substraat en plant zich snel voort, twee factoren die bijdragen tot zijn succes.




Wetenschappelijke naam

Antithamnionella ternifolia (J.D.Hooker & Harvey) Lyle, 1922


Oorspronkelijke verspreiding

De plaats van herkomst van het drietakkig donswier is onduidelijk [1] (Maggs & Stegenga 1999), al is het roodwier waarschijnlijk afkomstig uit de zuidelijke hemisfeer [2][3] (Eno et al. 1997, Heytens et al. 2007). Het is in elk geval een complexe situatie, omwille van het feit dat een aantal sterk op elkaar lijkende soorten en waarschijnlijk aan elkaar verwante soorten in verschillende delen van de wereld aanwezig zijn [1] (Maggs & Stegenga 1999). Dit niet-inheemse roodwier groeit op tal van substraten gaande van algen, stenen tot artificieel materiaal zoals pontons en boeien. Ze komen voor tot een diepte van 25 meter en dit zowel in beschutte als blootgestelde omgevingen [4] (Maggs & Hommersand 1993).



Eerste waarneming in België

In 1970 werd het drietakkig donswier voor het eerst waargenomen in de Spuikom van Oostende, onder de naam Antithamnion sarmiense. Het was er vastgehecht aan een zogeheten Japanse mand, die gebruikt werd voor experimenten in verband met het kweken van oesters [5] (Leloup 1973).


Verspreiding in België

Het drietakkig donswier wordt in België vaak verward met een ander roodwier, Antithamnionella spirographidis. Deze twee roodwieren zijn zo op elkaar gelijkend dat wetenschappers niet helemaal zeker zijn of het effectief om twee verschillende soorten gaat. Omdat dergelijke roodwieren op basis van morfologische eigenschappen heel moeilijk te onderscheiden zijn, is verder onderzoek noodzakelijk om uit te maken hoeveel soorten werkelijk langs onze kust voorkomen [6] (Olivier De Clerck persoonlijke communicatie).

Beide roodwieren komen voor in het Verbindingsdok en het Boudewijnkanaal [7] (Manu Dumoulin persoonlijke communicatie) van de Zeebrugse achterhaven, alsook op de pontons in de jachthaven van Zeebrugge [8] (De Blauwe & Dumolin 2009). In de Spuikom van Oostende zouden enkele exemplaren groeien op het violet buiswier Neosiphonia harveyi [3] (Heytens et al. 2007), een andere niet-inheemse soort.



Verspreiding in onze buurlanden

TEKST


Wijze van introductie

TEKST


Redenen waarom deze soort zo succesrijk is in onze contreien

TEKST


Factoren die de verspreiding beïnvloeden

TEKST


Effecten of potentiële effecten en maatregelen

TEKST


Specifieke kenmerken

TEKST


Weetjes

TITEL

TEKST


Geraadpleegde bronnen

  1. 1.0 1.1 Maggs, C.A.; Stegenga, H. (1999). Red algal exotics on North Sea coasts. Helgol. Meeresunters. 52: 243-258. details Cite error: Invalid <ref> tag; name "maggs" defined multiple times with different content
  2. Eno, N.C.; Clark, R.A.; Sanderson, W.G. (Ed.) (1997). Non-native marine species in British waters: a review and directory. Joint Nature Conservation Committee: Peterborough, UK. ISBN 1-86107-442-5. 152 pp. details
  3. 3.0 3.1 Heytens, M.; De Clerck, O.; Coppejans, E. (2007). Studie van macrowiergemeenschappen van de Spuikom van Oostende in functie van de Kaderrichtlijn water. Universiteit Gent, Vakgroep Biologie, Afdeling Algologie: Gent, Belgium. 65 pp. details Cite error: Invalid <ref> tag; name "heytens" defined multiple times with different content
  4. Maggs, C.A.; Hommersand, M.H. (1993). Seaweeds of the British Isles: Volume 1 Rhodophyta, Part 3A. Ceramiales. Natural History Museum: London, UK. ISBN 1-898298-81-5. 444 pp. details
  5. Leloup, E. (1973). Recherches sur l'ostréiculture dans le bassin de chasse d'Ostende en 1970 et 1971. Med. K. Belg. Inst. Nat. Wet. 49(10): 1-23. details
  6. Persoonlijke mededeling door Olivier De Clerck op 15/07/2011
  7. Persoonlijke mededeling door Emanuel Dumoulin op 15/07/2011
  8. De Blauwe, H.; Dumoulin, E. (2009). De zeefauna en -flora uit de jachthaven van Zeebrugge, in het bijzonder de fouling-organismen van drijvende pontons De Strandvlo 29(2): 41-63, details